Samen werken aan Regie op data
Magazine

Samen werken aan Regie op data

Wat moeten we met de data die binnen de instellingen worden geproduceerd? Tal van mogelijkheden komen binnen bereik, voor beter onderzoek en onderwijs. Maar zitten we wel op het goede spoor? Hoe krijgen we regie op onze data?

Het lijkt wel wat op de kikker in een pan, met water dat langzaam aan de kook wordt gebracht. Eerst begint die het aangenaam warm te vinden. Maar geleidelijk bekruipt het onbestemde gevoel dat er misschien wat misgaat.

Zo’n gevoel heerst ook rond de data die geproduceerd worden in de wereld van onderzoek en onderwijs. Ze zijn er in allerlei soorten: van researchdata tot algoritmes en van studiegegevens tot metadata.

Ruben Kok, directeur Dutch Techcentre for Life Sciences (DTL) en bestuurslid Health-RI

Ruben Kok, directeur van het Dutch Techcentre for Life Sciences (DTL) en bestuurslid van Health-RI

Wat ze gemeen hebben, is dat ze gestaag groeien in omvang. Tegelijk komen steeds krachtiger middelen beschikbaar om er nieuwe inzichten aan te ontlenen. Dat brengt grote beloften met zich mee, van beter onderzoek en beter onderwijs. Ondertussen brengt het ook nieuwe uitdagingen met zich mee, rondom data en datasoevereiniteit. 

Afspraken

Die beloften worden namelijk alleen vervuld als je data kunt delen, zegt Ruben Kok, directeur van het Dutch Techcentre for Life Sciences (DTL) en bestuurslid van Health-RI: “Onderzoek is vaak multidisciplinair. Dus moet je afspraken maken over hoe je elkaar toegang geeft tot je data, en onder welke condities anderen ze kunnen gebruiken. Zo krijg je daadwerkelijk regie over je data.”

De voorwaarden voor deze regie zijn volgens Kok samen te vatten in de FAIR-principes: data moeten Findable, Accessible, Interoperable en Reusable zijn. Zo komen we bij het ideaal van Open Science, waar de hele wetenschappelijke gemeenschap optimaal gebruik kan maken van alle verzamelde data. Kok leidt momenteel de FAIR-programmalijn van het Nationaal Programma Open Science.

“Dit is een uitgelezen moment om als instellingen met elkaar afspraken te maken over de inhoud van data-stewardship.”
Ruben Kok, directeur van het Dutch Techcentre for Life Sciences (DTL)

Wiel uitvinden

Het ideaal van Open Science wordt steeds breder gedeeld. Maar daar beginnen ook de problemen. Er zijn alleen al in Nederland héél veel initiatieven die Open Science dichterbij willen brengen, zo blijkt uit een inventarisatie van SURF (zie kadertekst). Veelal op hun eigen manier, en zonder met elkaar af te stemmen.

Sarah Coombs, adviseur Research Support bij Saxion

Sarah Coombs, adviseur Research Support bij Saxion

Dat is niet zo handig wanneer je streeft naar uitwisselbaarheid en toegankelijkheid, zegt Sarah Coombs, adviseur Research Support bij Saxion. “Je moet voorkomen dat iedereen zelf het wiel uitvindt.”

Ook Kok vindt dat gevaar niet denkbeeldig: “Het risico is dat iedereen zijn eigen standaarden gaat maken en zijn eigen interne systemen gaat inrichten. Vanuit het idee dat eigen oplossingen snel geadopteerd zullen worden door anderen.”

“Dat moeten we dus voorkomen,” vervolgt Kok. “En tegelijk moeten we zorgen dat iedereen genoeg mogelijkheden heeft om bijvoorbeeld de toegang tot de eigen data te beheren. Dat vraagt om afspraken over standaarden.”

Regie kwijt

Wat gebeurt er als die afstemming uitblijft? Enkele jaren geleden waarschuwden de rectores magnifici in een open brief dat het Nederlandse hoger onderwijs de regie over zijn data dreigde te verliezen aan buitenlandse tech-giganten.

Coombs: “Als we zelf geen afspraken maken, gaat iemand anders het voor ons doen. En zijn regels aan ons opleggen. Kunnen we dan doen wat we willen met de data die we hebben? Delen bijvoorbeeld?”

"Als we zelf geen afspraken maken, gaat iemand anders het voor ons doen. En zijn regels aan ons opleggen."
Sarah Coombs, adviseur Research Support bij Saxion

Studiedata

Het is echter geen wonder dat er zoveel initiatieven zijn, want de kwestie is enorm complex. Neem bijvoorbeeld studiedata. JaapJan Vroom is senior adviseur onderwijsinnovatie van het Deltion College, een ROC in Zwolle. Hij leidt een project waarmee ‘data-ondersteunend onderwijs’ binnen de instelling moet worden gerealiseerd. Vroom benadrukt dat het daarbij gaat om méér dan technische keuzes. “Het uitgangspunt moet zijn dat studenten zelf de regie hebben over hun data.”

Dat is voor hem niet alleen een kwestie van AVG-verplichtingen, maar ook van publieke waarden zoals autonomie, en van burgerschap. “Studenten moeten leren om zich af te vragen wat er met hun data gebeurt en daar bewuste keuzes over te maken.”

JaapJan Vroom, senior adviseur onderwijsinnovatie van het Deltion College

JaapJan Vroom, senior adviseur onderwijsinnovatie van het Deltion College

Vervolgens komt echter de vraag hoe de studenten die keuzes kenbaar kunnen maken. In het mbo worden de generieke vakken zoals Nederlands gedomineerd door grote uitgevers. Deze uitgevers hebben de studiedata in hun eigen leeromgevingen opgeslagen. Gelukkig maken uitgevers en vertegenwoordigers uit po, vo en mbo (inclusief de MBO Raad) samen afspraken, die moeten bijdragen aan een verantwoorde gegevensuitwisseling voor het onderwijs.

"Studentenregie op studiedata gaat wel een stap verder. Dat kun je als instelling niet in je eentje voor elkaar krijgen. Je moet het samen doen, want de student spreidt straks zijn opleiding over meerdere instellingen. En mbo, hbo en wo gaan steeds meer in elkaar overlopen, terwijl je ook nog eens rekening moet houden met bestaande afsprakenstelsels."

Digitaliseringsimpuls

Het voorbeeld van de studiedata toont hoe alles met elkaar te maken heeft: onderwijsinhoud, wetgeving, marktpartijen, techniek, doorlopende leerlijnen. De eerder genoemde SURF-inventarisatie spreekt dan ook van een ‘holistische’ uitdaging. Alle aspecten van Regie op data beïnvloeden elkaar. Hoe kunnen we in hemelsnaam al die draadjes aan elkaar knopen?

Studentenregie op studiedata gaat wel een stap verder. Dat kun je als instelling niet in je eentje voor elkaar krijgen. Je moet het samen doen.

Mensen zijn cruciaal, zegt Ruben Kok. “We moeten bij de instellingen een brede professionele gemeenschap opbouwen van data-stewards. En deze experts moeten liefst allemaal een vergelijkbare opleiding hebben gehad. Alleen dan kunnen we tot harmonisatie komen van de data-aanpak in onderzoek- en onderwijsinstellingen.”

“Die standaarden moeten we dus eerst in samenspraak vaststellen”, vult Coombs aan. “De tijd daarvoor is rijp, nu de Digitaliseringsimpuls het hele onderwijsveld bijeenbrengt.”

Kok is het daar roerend mee eens: “Dit is een uitgelezen moment om als instellingen met elkaar – en ook met allerlei maatschappelijke databronhouders – afspraken te maken over de inhoud van data-stewardship. Want daarmee creëren we ook een research-ecosysteem waarin we echt betere wetenschap kunnen bedrijven.”

Geen eiland

Maar hier dreigt hetzelfde gevaar van versplintering, zo waarschuwt Sarah Coombs: “Meer dan in andere landen gaan we in Nederland nu al discussies aan over Regie op data.

Maar Nederland is geen eiland.” Daarom moeten vooral de onderzoeksgemeenschappen gestimuleerd worden om met internationale collega’s afspraken te maken over standaarden. Kok: “Als er een European Open Science Cloud wordt ingericht, zullen we daar vol in mee moeten draaien. Om er optimaal gebruik van te maken en zelf onze goede ideeën aan bij te dragen. En niet achteraf te ontdekken dat verkeerde afspraken zijn gemaakt, waar we helemaal niet mee uit de voeten kunnen.”

Tekst: Aad van de Wijngaart

Regie op data: Wat is het? Waar staan we? En hoe krijgen we het … (wanneer we het verloren denken te zijn)

In het kader van haar 2Jarenplan 2021-2022 liet SURF inventariseren hoe binnen de coöperatie wordt gedacht over Regie op data. De uitkomsten van het Regie op data-onderzoek sluiten ook aan bij de SURF Strategie 2022-2027 waarin dit thema aandacht krijgt zowel binnen Dienstverlening als binnen de beoogde Innovatiezones.

Een team onder leiding van kwartiermaker Thomas van Himbergen interviewde zeventien betrokkenen. Dat waren directeuren, data-officers en beleidsmakers uit allerlei gremia: universiteiten, hogescholen, mbo, UMC’s, UKB en Nationaal Platform Open Science. De drie personen die in dit artikel aan het woord komen, behoren ook tot deze groep.

Wat waren de wensen van de betrokkenen? Waar zagen ze knelpunten en dilemma’s? Welke trends namen ze waar en wat verstonden ze überhaupt onder ’Regie op data’? Uit de antwoorden distilleerden de onderzoekers zeven wensen en zes knelpunten.

Hun voornaamste conclusie is echter dat we hier te maken hebben met een ‘holistische’ uitdaging. Alles is met alles verbonden: kwesties van infrastructuur, soevereiniteit, samenwerken, cultuur, marktpartijen en wat niet al. Regie op data vereist dus dat al deze aspecten worden meegenomen.

Download presentatie Regie op data.

SURF-community Regie op data

Tijdens de inventarisatie van SURF kwam ook naar boven dat in Nederland veel data-gerichte initiatieven bestaan of gepland worden. De behoefte aan meer samenwerken en afspraken maken, speelt niet alleen binnen instellingen, juist in de hele breedte van het veld.

De onderzoekers pleiten ervoor dit hele terrein van data in onderzoek en onderwijs in kaart te brengen om in landelijke samenwerking te kunnen komen tot een resultaat dat Regie op data verzekert.

Regie op data heeft tot doel het creëren van overzicht en handelingsperspectief, daartoe is een SURF-community opgericht. Het biedt geen directe oplossingen. Wel bevestigt het de noodzaak om samen op te trekken in het borgen van publieke waarden, zoals recente artikelen in de media (bijvoorbeeld over de data opslag in Amerikaanse cloud) eveneens onderstrepen. Wat in deze fase voorop staat, is vraagstukken inzichtelijk maken, en mensen en initiatieven bij elkaar brengen.

Naar de SURF-community Regie op data.

'Samen werken aan Regie op data' is een artikel van SURF Magazine.

Terug naar SURF Magazine

Vragen naar aanleiding van dit artikel? Mail naar magazine@surf.nl